Documenten Maria Schouten:
Doopakte 05-03-1803,
Erfgoed Leiden en Omstreken: nr. 1004 DTB Leiden inv.nr. 294 doopboek R.K. statie Bakkersteeg 1758-1811 folio 68.
Bewerking huwelijksakte 27-04-1826,
Erfgoed Leiden en Omstreken: nr. 0516 burgerlijke stand Leiden inv.nr. 4817 huwelijken 1826 akte nr. 62.
Erfgoed Leiden en Omstreken: nr. 0516 burgerlijke stand Leiden inv.nr. 4991 overlijden 1870 akte nr. 1129.
Doopakte 05-03-1803,
Erfgoed Leiden en Omstreken: nr. 1004 DTB Leiden inv.nr. 294 doopboek R.K. statie Bakkersteeg 1758-1811 folio 68.
Bewerking huwelijksakte 27-04-1826,
Erfgoed Leiden en Omstreken: nr. 0516 burgerlijke stand Leiden inv.nr. 4817 huwelijken 1826 akte nr. 62.
In het jaar achttien honderd zes en twintig, den zeven en twintigsten April 's middags ten twaalf ure zijn voor ons Mr. Dirk Muller Massis Wethouder der Stad Leyden, als gecommitteerd tot het werk van den Burgerlijken Stand, gcompareerd Franciscus van Houtum, Jongman, oud 22 jaren, geboren of gedoopt te Tilburg, den zeventienden September achttien honderd drie, vachtenblotersknecht, wonende aan de Uiterstegracht Wijk 7 n. 346 meerderjarige zoon van Ferdinandus Josephus van Houtum, afwezig zedert ongeveer achttien jaren, zonder dat men tot heden iets van hem heeft vernomen, blijkens acte van bekendheid op den achtsten april achttien honderd zes en twintig voor het Vredegeregt van het Kanton Leyden No 2 gepasseerd; en van Johanna Roelandse, Spinster, wonende aan de Uiterstegracht, alhier tegenwoordig en toestemmende. Hebbende voldaan aan de wet op de Nationale Militie blijkens certificaat van ZE. den Heere Staatsraad Gouverneur van Zuidholland in dato 13 April 1826 n 1182 en Maria Schouten, Jongedochter, oud 23 Jaren, geboren of gedoopt te Leyden, den vijfden maart achtien honderd drie, Spinster, wonende aan de Uiterstegracht Wijk 7 No. 346, meerderjarige dochter van Petrus Schouten, mandmaker, alhier tegenwoordig en toestemmende en van Maria van der Stok, Spinster, wonende aan de UiterstegrachtBewerking overlijdensakte 09-07-1870,
welke ons verzocht hebben het door hun voorgenomen Huwelijk te voltrekken, waarvan de afkondigingen voor de hoofddeur van ons Raadhuis zijn geschied, namelijk de eerste den zestienden April en de tweede den drie en twintigsten April beiden des jaars achttien honderd zes en twintig 's middags ten twaalf ure.
Geene verhindering tegen het gemelde Huwelik ter onzer kennis zijnde gebragt, hebben wij, aan hun verzoek voldoende, na voorlezing der gemelde stukken, alsmede van het Hoofdstuk der titel van het Burgerlijk Wetboek, tot opschrift hebbende van het Huwelijk, ieder der aanstaande Echtgenooten afgevraagd, of zij elkander wederkeerig tot Man en Vrouw wilden nemen: waarop door elk derzelven afzonderlijk een toestemmend antwoord zijnde gegeven: verklaren wij in naam der Wet, dat
Franciscus van Houtum en Maria Schouten, door het Huwelijk verbonden zijn, van hetwelk wij acte hebben opgemaakt in tegenwoordigheid van Johannes van Putten, oud 30 jaren Schipper wonende op de Kijfgracht, Johannes Ouwerkerk, oud 51 jaren, Schrobbelaar, wonende op de Kijfgracht, oom des bruidegom, Gerrit van Putten, oud 33 jaren, Lakenverwersknecht, wonende op de Kijfgracht en Willem Leupe, oud 23 jaren, Schrobbelaar, wonende in de Groenesteeg, welke na gedane voorlezing, benevens de Contracterende partijen hebben verklaard niet te kunnen schrijven.
Erfgoed Leiden en Omstreken: nr. 0516 burgerlijke stand Leiden inv.nr. 4991 overlijden 1870 akte nr. 1129.
In het jaar een duizend acht honderd zeventig den negenden der maand July des voormiddags te half elf uren, is voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Leiden verschenen: Petrus Jacobus van Houtum, zoon van de overledene oud zes en dertig jaren, mandenmaker wonende in de Gorstestraat en Johannes Jacobus Bleiji behuwd zoon van de overledene oud een en veertig jaren, sjouwer, wonende op de Middelstegracht, welke ons verklaard hebben, dat op den achtsten July achttien honderd zeventig, des avonds te elf uren, in het huis op de Middelstegracht binnen deze gemeente overleden is:
Maria Schouten
oud zeven en zestig jaren, zonder beroep, geboren te Leiden in het jaar achttien honderd en drie, gewoond hebbende in voornoemd huis, weduwe van Franciscus van Houten, dochter van Pieter Schouten en van Maria van der Stok, beide overleden.
En is deze akte na gedane voorlezing door ons geteekend. De declaranten verklaarden niet te kunnen schrijven.