Terug naar kaart

Documenten Johannes Schouten:

   Doopakte 03-02-1793,
   Erfgoed Leiden en Omstreken: nr. 1004 DTB Leiden inv.nr. 255 doopboek N.H. Hooglandse Kerk 1789-1796 folio 69.
   Bewerking huwelijksakte 25-08-1831,
   Erfgoed Leiden en Omstreken: nr. 0516 burgerlije stand Leiden inv.nr. 4822 huwelijken 1831 akte nr. 120.
In het jaar achttien honderd een en dertig, den vijf en twintigsten Augustus 's namiddags ten half een ure zijn voor ons Adam Bruin Wethouder der Stad Leyden, als gecommitteerd tot het werk van den Burgerlijken Stand, gecompareerd Johannes Schouten, jongman, oud acht en dertig jaren, geboren te Leyden en gedoopt in de Hoogelandsche Kerk den derden February zeventien honderd drie en negentig, blijkens doopextract, in dato den zevenden April achttien honderd een en dertig, kurassier, bij de afdeling nummer drie, alhier in garnisoen, wonende op de Doelengracht Wijk 1 No. 300, meerderjarige zoon van Bart Schouten en Jacoba Planje, echtelieden, beiden zonder beroep, wonende in de Koolstraat, consenterende blijkens hunne acte op den dertienden Augustus achttien honderd een en dertig voor den Notaris Abraham Zuurdeeg en getuigen alhier gepasseerd, behoorlijk geregistreerd; Consenterende mede de Luitenant Kolonel zijner afdeling, blijkens zijne acte, op den eersten April achttien honderd een en dertig alhier geteekend en Maria Leenders, Jongedochter, oud ruim twee en dertig jaren, geboren te Roche, Provincie Limburg in het jaar zeventien honderd acht en negentig, blijkens acte van bekendheid op den een en twintigsten July achttien honderd een en dertig voor het Vredegeregt van het Kanton Leyden No. 1 gepasseerd en op de drie en twintigsten Augustus daaraanvolgende door de Regtbank van eersten aanleg alhier gehomologeerd, werkster, wonende op de Doelengragt Wijk 1 No. 300, meerderjarige dochter van Adolf Leenders, overleden in het jaar achttien honderd zeventien en van Marianne Melser, overleden in het jaar achttien honderd acht en twintig, blijkens evengemelde acte van bekendheid, Hebbende zij mede met Solemnelen eede bevestigd dat ook hare grootouders allen zijn overleden, dus dat de laatste woonplaats en den tijd van het overlijden van dezelve, bij haar geheel onbekend zijn.

welke ons verzocht hebben het door hun voorgenomen Huwelijk te voltrekken, waarvan de afkondigingen voor de hoofddeur van ons Raadhuis zijn geschied, namelijk de eerste den veertienden Augustus en de tweede den een en twintigsten Augustus, beiden des jaars achttien honderd een en dertig, 's middags ten twaalf ure.
Geene verhindering tegen het vermelde Huwelijk ter onzer kennis zijnde gebragt, hebben wij, aan hun verzoek voldoende, na voorlezing der gemelde stukken, als mede van het Hoofdstuk der titel van het Burgerlijk Wetboek, ten opschrift hebbende van het Huwelijk, ieder der aanstaande Echtgenooten afgevraagd, of zij elkander wederkeerig tot Man en Vrouw wilden nemen: waarop door elk derzelven afzonderlijk een toestemmend antwoord zijnde gegeven: verklaren wij in naam der Wet, dat

Johannes Schouten en Maria Leenders, door het huwelijk verbonden zijn. Van het welk wij acte hebben opgemaakt in tegenwoordigheid van Gerrit van Sloten, oud twee en dertig jaren, Brigadier bij de afdeling Kurassiers No 3, wonende op de Doelengracht, Pieter Bolleman, oud negen en dertig jaren, Brigadier bij de afdeling Kurassiers No 3, Johannes Wink, oud zes en dertig jaren, Brigadier bij de afdeling Kurassiers No 3, beiden wonende op de Doelengracht en Joseph Broekman oud drie en veertig jaren, Kurassier, wonende in den Doelen. Alle goede bekenden der Comparanten welke, na met solamnelen eede te hebben bevestigd dat de grootouders der bruid, bij hun geheel onbekend zijn, deze acte, na gedane voorlezing, hebben onderteekend, hebben de contracterende partijen verklaard niet te kunnen schrijven.